Over drie eeuwen vinden we leden van de familie Kemels als molenaars terug in wind- en watermolens, die vandaag zijn verdwenen of nog bestaan, verspreid over dorpen in Antwerpen en Vlaams-Brabant: Schoten, Noorderwijk, Tielen, Pellenberg, Kortrijk-Dutsel, Lovenjoel, Kerkom, Vissenaken.
Joannes Baptista Kemels en zijn vrouw Maria Elisabeth De Kepper (mijn voorouders; zie bericht van 12-04-13) kochten in 1769 de Gasthuis- of Hospitaalmolen van Pellenberg (Lubbeek). Meer dan een eeuw waren Kemels de molenaars van dit Hagelandse dorp.
Voor de geschiedenis van deze molen doe ik vooral een beroep op het degelijke onderzoek van de heemkundige kring van Lubbeek: J. Halflants, J. Meulemans, K. Scheys en G. Vanzavelberg, Het Gasthuisdomein te Pellenberg: bos, boerderij en molen, Heemkring Libbeke, 2001, p. 71-90. Met bijzondere dank.

De oude Gasthuismolen met rechts het nieuwe gebouw dat rond 1900 werd opgetrokken.
Foto verzameling Kris Scheys (Heemkundige Kring Libbeke).
In Pellenberg bezat het Sint-Elisabethgasthuis (of Sint-Pietersgasthuis) van Leuven vanaf de twaalfde eeuw een groot domein. De oude Gasthuishoeve en de Gasthuisbossen zijn vandaag nog restanten van die eeuwenlange exploitatie. Ooit stond er op het domein, op enkele honderden meters van de Gasthuishoeve, ook een windmolen, vooral gebruikt om graan te malen.
In 1742 – stond er voordien ook al een molen? – werd op de vlakke heuvelrug van Pellenberg, 90 à 106 meter hoog, een molen opgericht met links ervan, gezien vanaf de Molenstraat, een woning zonder verdieping. Het ging om een houten achtkantige bovenkruier op een stenen onderbouw. Het gasthuis verhuurde de molen achtereenvolgens aan Hendrick Borremans samen met Joannes Baptista Van Camp, aan Cornelis Coenen en aan Martinus Wauters gehuwd met Josina Van Campen.
Eigenaardig genoeg, reeds op 16 juni 1769, na amper 27 jaar uitbating, verkochten de gasthuiszusters-augustinessen de molen met bijgebouwen, huis en erf (1,8 ha) aan Joannes Baptista Kemels en zijn vrouw Maria Elisabeth De Kepper: … den Grooten Siecken Gasthuijse vercregen tegens voor de somme van drij duysent vijff hondert guldens courant … De kopers gingen hiervoor een hypotheek aan. Daarmee werd het goed belast met een jaarlijkse en eeuwigdurende rente, die elk jaar op 10 juni aan het gasthuis werd betaald.
Verschillende zonen hielpen Jan Baptist bij zijn werk. De molen floreerde blijkbaar en de molenaar-eigenaar werd wellicht welgesteld en/of een persoon met aanzien. Op 24 september 1797, ten tijde van de Franse overheersing, wordt hij bijvoorbeeld in de registers van de burgerlijke stand vermeld als ‘agent municipal et officier public de l’état public’.* Drie jaar voordien diende hij een aanvraag in om in Westerlo een graanwindmolen te mogen bouwen (akte van 1-01-1794 te vinden in het Archief Provincie Antwerpen, L241A/8).
Jan Baptist Kemels overleed op 10 oktober 1814 op 70-jarige leeftijd. Al op 15 september van dat jaar ontving zoon Guilielmus Henricus Kemels, toen molenaar in Kortrijk-Dutsel** en gehuwd met Anna Maria Achten, de windmolen en aanhorigheden als zijn erfdeel. De hypotheek erfde hij mee. Rond 1850 bezat hij in Pellenberg bijna 5 ha grond, waarop de molen, het molenaarshuis en nog een tweede woning zich bevonden. ‘Guillaume’, die ook als landbouwer staat opgetekend, was eerste schepen van Pellenberg, alleszins van 1831 tot 1842. Ondertussen werd mijn voorouder Jan Baptist Kemels, zoon van een jongere broer van Guillaume, molenaar in Kerkom.
Guilielmus Kemels overleed op 78-jarige leeftijd op 22 september 1854. Als molenaar werd hij opgevolgd door zijn zoon Joannes Franciscus Kemels, gehuwd met Maria Theresia Boogaerts.*** Hij overleed al vijf jaar later, op 21 juni 1859. Weduwe Maria Theresia Boogaerts, moeder van tien kinderen van wie acht dochters, zette zijn taak verder. Zoon Guilielmus, mede-eigenaar en molenaar, overleed in 1868 op 32-jarige leeftijd. Op 20 juli 1877, dus na bijna honderd jaar Kemels-exploitatie, verkochten Maria Theresia en haar vier dochters de molen aan Joannes Remigius Vloeberghs, molenaar te Houtvenne. Vloeberghs verkocht in oktober 1892 op zijn beurt de molen aan Jozef Wierinckx.
In 1898 besloot Wierinckx een nieuw gebouw naast de windmolen te plaatsen om er moderne machines aangedreven door petroleum in onder te brengen. De windmolen zelf werd in 1915 definitief stilgelegd. De houten romp werd enkele jaren later afgebroken en de stenen onderbouw in 1997. In de gebouwen van de vroegere industriële maalderij, die in 1975 de activiteiten stopte, is nu een polyvalente horecazaak gevestigd. De oude molengebouwen en omgeving zijn beschermd.


Foto’s (verzameling Kris Scheys) van de twintigste-eeuwse ‘industriële’ molengebouwen. Op de foto links zie je nog de stenen onderbouw van de windmolen.
__________________________________________
* Op 31 mei is Kemels in deze functie al vervangen door Pierre Van Mellaert. Ook in andere gemeenten zien we dat burgers deze hun door het departementsbestuur opgelegde functie snel neerlegden.
** Molenaar Guilielmus Kemels vestigde zich na zijn huwelijk in Dutsel waar in november 1808 zijn eerste kind werd geboren. Ook in februari 1818 werd er nog een dochter geboren, maar in oktober 1820 werd zijn jongste kind in Pellenberg gedoopt.
Kortrijk-Dutsel heeft maar één molen gekend, de nu verdwenen windmolen die op 1 km ten zuidwesten van de kerk lag, op het Molenveld (kadastraal perceel B257). Deze korenmolen werd in 1657 of in 1672 gebouwd en geraakte na een blikseminslag in 1922 in onbruik, waarna hij in 1938 werd gesloopt. (Bron: www.molenechos.org)

Foto verzameling Ons Molenheem
uit http://www.molenechos.org.
*** Na zijn huwelijk vinden we Joannes Franciscus Kemels en zijn vrouw terug in Lovenjoel waar ze van juli 1836 tot april 1847 vele kinderen kregen. Uit de daaropvolgende geboorten kunnen we afleiden dat ze ten laatste in januari 1850 terug in Pellenberg woonden.
De genoemde watermolen van Lovenjoel (Bierbeek) betreft wellicht de Heystmolen. Deze korenmolen werd in 1749 gebouwd aan een aftakking van de Molenbeek en werd in 1896 buiten werking gesteld. Hij wordt nu gebruikt als woning (gelegen aan de Bijzondere Weg) en is samen met de omgeving beschermd. (Bron: www.molenechos.org)


Foto links Niels Wennekes, foto rechts verzameling Ons Molenheem uit http://www.molenechos.org.